Deze zomer zijn we er nog niet echt op uit geweest. Jammer, want wij vinden het altijd wel leuk om met het gezin een zomeractiviteit te ondernemen.
Helaas is het door studie/werk van de kinderen en Jeroen soms lastig om een moment te prikken dat iedereen kan. Vorig jaar is dat helaas niet gelukt, maar dit jaar dus wel…

Het begon met het uitzoeken van een activiteit. Altijd erg leuk, want iedereen komt met ideeën en het ene is soms nog gekker dan het andere.
Onze dochter was voor zichzelf al op zoek geweest naar leuke doe-dingen voor haar en haar vriendin. Dus toen bekend werd dat we met z’n viertjes iets wilde gaan doen, werd meteen haar lijst erbij gepakt.  Wel zo handig toch?

Suppen viel af, want dat hadden we twee jaar geleden al gedaan en zwemmen vonden we te afgezaagd. Nee, we moesten zoeken naar iets waardoor we bij thuiskomst lekker afgepeigerd zouden zijn.
Zo’n activiteit waarbij je jezelf halverwege afvraagt: waarom leek dit ons ook alweer een goed idee om te gaan doen? Zo’n activiteit dus.

Zo ontstond het idee om te gaan kanoën. Ik hoor je nu denken: Dat is toch niet zo uitputtend. Wat een aanstellerij… En dat zou het ook zijn, als we niet dat éne restaurant onderweg wilde tegenkomen om uitgebreid te kunnen lunchen.

Donderdag ochtend gingen de wekkers op tijd af. Het was namelijk een uur rijden om bij het botenhuis aan te komen waar we de kajakken gehuurd hadden. Daar aangekomen werden we door een zeer vriendelijke jongen opgewacht en lagen onze twee tweepersoons kajaks al op ons te wachten.

‘Ah, jullie hebben de kajaks gehuurd,’ zei hij met een brede lach. Wij knikte uitbundig. ‘Hoe lang gaan jullie nou? Twee of drie uurtjes?’ Vol trots begonnen we te vertellen dat we de schuiten voor vijf uur geboekt hadden.

‘O, jullie zijn die mensen van vijf uur,’ was het enige dat hij nog zei voor hij ons aankeek en zich, volgens mij, afvroeg of we wel helemaal bij ons verstand waren. Maar hé… Het zou tropisch warm worden, dus hij vond het wel best.
We kregen een tonnetje om onze kostbare telefoons in op te bergen en de rest (we blijven Hollanders en gaan niet zonder iets te vreten weg natuurlijk), werd achter mijn stoeltje in de punt gedropt.

Met veel ge-oeh en ge-ah, wisten mijn dochter en ik ons in de boot te laten zakken. De mannen stapte na ons in hun eigen vaartuig en het avontuur kon beginnen.
Natuurlijk begonnen we voorzichtig, maar al snel hadden we de slag te pakken. We stopte om zo hier en daar een foto of filmpje te maken en genoten van de prachtige omgeving.
Voor me riep mijn dochter ongeveer om de tien slagen: ‘Ik vind dit zó leuk!’ En ik kon dat niet tegenspreken. Eerlijk… Het was ook leuk.

Tot we de bocht om gingen en het water ons heel de tijd naar links probeerde te sturen. We hebben gepeddeld alsof ons leven er vanaf hing en ploeterde onszelf naar het restaurant dat maar niet in de buurt leek te komen. Voor me hoorde ik niet meer de: ‘Ik vind dit zó leuk!’ kreet. Nee, de euforie van de vaartocht was ons vergaan. Het enige dat we volhardend bleven roepen was: ‘Links, links, links, rechts. Ja… Dat waren de slagen die we moesten maken, om de boot enigszins rechtdoor te laten gaan. Uiteindelijk was daar onze beloning. Het restaurant was gevonden en kwam langzaamaan dichterbij. Godzijdank!

Onze linker armen voelde ongeveer twee keer zo groot als de rechter, dus we konden een welverdiende rust goed gebruiken.

Maar daar aangekomen kwam eerst een volgende uitdaging. Hoe kruip je op een waardige manier (onder het oog van tientallen mensen die je vanaf het terras van het restaurant aangapen), uit die boot? Je ziet de een na de ander gniffelen want natúúrlijk wacht iedereen vol smart tot je met boot en al koppie ondergaat. Mooi niet dat ons dat zal overkomen. Uiterst voorzichtig weten we uit de boot te kruipen. So far, So good. Onze kleding hadden we onderweg (het was tenslotte bloedheet) bij onze vreterijen achter in de punt gesmeten. Handig toch? Ja… dat zou je denken… Tot je het stoeltje naar voren klapt en je bedenkt dat de zwaarste persoon (ik dus) achter zit. Dat wil dus zeggen dat al het water wat je zorgvuldig je boot in hebt geschept met je ploegactie, naar achteren stroomt. Dochterlief en ik moesten dus onder het oog van inmiddels licht teleurgestelde gasten (we waren immers niet omgekiept) onze drijfnatte kleding aantrekken. Gelukkig konden we er zelf uitbundig om lachen en hebben we het daarmee minder gênant gemaakt.

We hebben heerlijk gegeten en zijn vol goede moed (we wisten dat de stroming nu de goede kant op zou gaan) terug gepeddeld naar het beginpunt.

Daar stond de vriendelijke jongen ons weer op te wachten en hebben we afgepeigerd de boten ingeleverd. Missie geslaagd!

Je houd misschien ook van..

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

[instagram-feed]